Het Noordhollandsch Kanaal
Vanaf de 17de eeuw slibte de Zuiderzee dicht. Het werd steeds moeilijker om er met grote schepen te varen.
Amsterdam had een nieuwe verbinding met de zee nodig. In 1819 gaf Koning Willem I opdracht om het Noordhollandsch Kanaal te graven. Het kanaal werd door duizenden slecht betaalde arbeiders met de schop en baggerbeugel gegraven onder erbarmelijke omstandigheden. Het smalle bochtige kanaal werd maar kort door grote schepen gebruikt. Nu wordt het kanaal gebruikt voor plezierboten. De Buiksloterdraaibrug is een van de smalle plekken in het kanaal. Hier springen kinderen in de zomer van de brug.